Waarom is THC Psychoactief en CBD Niet?
Published :
Mar 30, 2017
Categories :
Medicinale cannabis
Hoe cannabinoïden ons lichaam beïnvloeden, is nog steeds deels onbekend. Hier is een overzicht van wetenschappelijke bevindingen over THC en CBD neuronale signalering, en waarom dergelijke soortgelijke stoffen verschillende effecten in ons lichaam en brein teweegbrengen. Agonisme, antagonisme, anandamide, en pleiotrope drugs.
De grote cannabinoïden familie bestaat uit leden met zeer uiteenlopende karakters. Hoe kan THC de geest zo sterk beïnvloeden, en CBD schijnbaar helemaal niet? Het antwoord vinden we, als we kijken naar de cannabinoïdereceptoren in onze zenuwbanen, en mogelijk ook in andere delen van het lichaam. Hoe cannabinoïden precies therapeutisch werken op moleculair niveau is nog steeds grotendeels onbekend. We geven je hier een vluchtig overzicht van wat er tot nu toe wetenschappelijk ontdekt is.
KANALEN EN VERBINDINGEN
Net als de meeste andere neurologische processen, vinden de effecten van cannabis op het brein hun weg via de elektrochemische signaaloverdracht middels neuronen. Deze verschillende chemische signalen in de hersenen veroorzaken biologische reacties, die kunnen variëren van duizeligheid, pijnverlichting, of een deel van een complex genezingsproces. Specifieke chemische receptoren worden constant aangemaakt en opgenomen door ons lichaam.
Lager in ons complexe neuronale netwerk, is er sprake van chemische interacties, die "verbindingen" worden genoemd. Hoe externe moleculen aan onze chemische receptoren binden, is de fundamentele sleutel naar het begrijpen van de relatie tussen mensen en stoffen.
Bij sterke synthese treedt er een belangrijk verschil op tussen CBD en THC in de biochemische mechanismen waardoor deze ietwat verschillende moleculen binden met dierlijke cannabinoïdereceptoren. THC bindt goed met een specifieke neuronale receptor genaamd CB1, terwijl CBD vooral bindt met de receptor CB2. CB1 receptoren vind je in de hersenen en in het centraal zenuwstelsel. CB2 receptoren zitten overal in het lichaam, met name in het immuunsysteem.
Deze cannabinoïde receptoren hebben meestal te maken met cannabinoïden die worden aangemaakt door het eigen dierlijke lichaam. Als we het over cannabis hebben, komen externe cannabinoïden de bloedstroom binnen en bereiken ze de hersenen, het immuunsysteem, en wie weet wat nog meer. Hierdoor hebben onze neuronale receptoren ook te maken met fytocannabinoïden van buiten.
THC EN ANANDAMIDE
Als een THC molecuul zich bindt aan CB1 receptoren, neemt deze de kunstmatige rol aan van anandamide, onze eigen "feel good" lichaam-geproduceerde cannabinoïde. Anandamide kan de eetlust stimuleren en onze geluksgevoelens aanwakkeren, zoals het genot dat je krijgt bij het consumeren van eten. Anandamide is daarnaast een van de lichaam-geproduceerde verbindingen die ons beloont na lichamelijke beweging. Deze dierlijke eigen cannabinoïde speelt ook een rol bij geheugen, motivatie en pijnperceptie.
De geliefde cannabinoïde genaamd THC lijkt sterk op anandamide, en bindt aan dezelfde neuronale receptoren. THC bootst deels de effecten van anandamide na en stimuleert deze, en wetenschappers noemen THC een "CB1 receptor agonist". Dit "agonisme" leidt ertoe dat THC dezelfde gelukszalige gevoelens teweegbrengt als dat anandamide in ons lichaam en brein doet.
Hoewel CBD niet zozeer met de CB1 receptor bindt, kan deze cannabinoïde eveneens het anandamide proces beïnvloeden. De stof stimuleert in feite endogene CB1 signalering door het onderdrukken van het enzym vetzuuramide hydrolase (FAAH). Dit enzym breekt anandamide af als ons lichaam vindt dat deze neurotransmitter niet meer nodig is. Als CBD FAAH onderdrukt, wordt de afbraak van anandamide vertraagd, zodat het stofje langer in het lichaam aanwezig blijft, samen met de effecten die je hebt ervaren. Meer anandamide betekent verdere CB1 activering, en een groter medicinaal (of recreatief) effect. In dit geval versterkt en verlengt CBD de duur van de "goede" effecten van THC.
AGONISME EN ANTAGONISME
Onderzoek toont verschillende biochemische routes aan waarlangs CBD van invloed is. Nu we weten dat THC een agonist is van een van onze receptoren in het brein, kunnen we proberen te begrijpen wat wetenschappers bedoelen als ze zeggen dat CBD een antagonist is van CB1 agonisten. Cannabidiol bindt niet goed met CB1 receptoren, maar kan als een indirecte antagonist van hun agonisten werken. Oké, lees de laatste zin nog een paar keer en het is misschien wat duidelijker. CBD koppelt zich niet aan CB1 receptoren, maar vermindert of "antagoneert" de werking van THC door gedeeltelijk CB1 receptoren te blokkeren. Dit kan de effecten van THC, zoals angst, of andere kenmerkende effecten van een cannabis high, reduceren. Zo simpel is het.
Tot slot moeten we onthouden dat cannabidiol een pleiotrope drug is, wat inhoudt dat de stof verschillende effecten teweegbrengt middels verschillende moleculaire routes in ons lichaam. Onderzoek toont aan dat CBD via verschillende receptor-kanalen fungeert en dat de stof ook bindt met niet-cannabinoïde receptoren, maar, in tegenstelling tot hallucinogenen, bindt CBD niet met receptoren die opwekkende reacties voortbrengen.